Myanmar Bergvolkeren reis

Vandaag arriveert u in Yangon, vroeger bekend als Rangoon. Nadat de douaneformaliteiten zijn afgehandeld en uw geld heeft gewisseld of gepind wordt u naar uw hotel in de stad gebracht. Vandaag kunt u Yangon op eigen gelegenheid verkennen. Bezoek de centraal gelegen Sule pagode, gelegen te midden van vele gebouwen uit de Brits-koloniale tijd. Ook een kijkje bij de Chaukhtatgyi pagode (of Paya, zoals de Birmezen zeggen), met een enorm grote liggende boeddha, mag niet ontbreken.  Eind van de middag kunt u het best de Shwedagon Paya bezoeken, een imposant bouwwerk en misschien wel een van de meest indrukwekkende tempels ter wereld. Het einde van de dag, tegen zonsondergang is de beste periode om dit schitterende monument te bezichtigen. Tegen het vallen van de avond komen veel stedelingen naar de Shwedagon Paya om daar hun rondjes rondom de pagode te lopen en ondertussen vrienden en bekenden te ontmoeten. Slenter ook eens door de Boyoke markt. Ook erg leuk is het om naar de rivier te wandelen en daar het drukke rivierleven met z'n vele ferry's te aanschouwen.

U laat direct het stadsleven achter u en vliegt naar Kengtung in de Shan staat, midden in de beruchte Gouden Driehoek. Aangezien Kengtung alleen toegankelijk is per vliegtuig, kunt u er helaas niet overland heen reizen en moet u vliegen. Kengtung ( ook wel Kyaing Tong) zelf is een leuk stadje met een kleurrijke markt en veel prachtige tempels en pagodes. Het is de grootste stad in de zgn. Gouden Driehoek, de grensregio van Birma, Laos en Thailand en centrum van de opiumhandel. Door de strijd van het leger met de drugsbaronnen is de regio decennialang niet toegankelijk geweest. Het is er nu een stuk rustiger, maar de overland routes zijn nog steeds gesloten. Door de geïsoleerdheid is dit een van de meest traditionele regio’s in de Gouden Driehoek en je vindt dan ook prachtige dorpen van de Wa, de Eng, de Shan, de Akha en de Lahu.

Tijdens uw verblijf maakt u twee dagwandelingen en bezoekt daarbij een aantal dorpen van verschillende stammen. Er vinden in dit gebied ook veel markten plaats, die volgens een schema rouleren onder de dorpen. Vandaag gaat u eerst per auto twee uur in noordwestelijk richting van Kengtung om daarvandaan verder te wandelen naar dorpjes van de Akha Loai bevolking. De rit, de wandelingen en bezoeken nemen de dag in beslag. Het is een mooie rit door de rijstvelden. De wandeling gaat de heuvels in en je loopt gedeeltelijk door de bossen. De dorpjes liggen min of meer verscholen in de jungle. De wandelingen zijn vrij pittig, maar voor iedereen met een normale conditie en enige wandelervaring goed te doen. Houdt er wel rekening mee dat het soms vrij heet kan zijn. Neem zeker voldoende water mee en wat te snacken voor onderweg. De wandeling gaat eerst omhoog. Niet al te steil maar het pad stijgt wel voortdurend het eerste uur. Het tweede uur is het een stuk vlakker. Het pad, of beter de dirtroad, is net nieuw en vrij breed. Er komen ook af en toe auto's langs die veel stof opwerpen.

Deze dag reist u in richting van Tachilek naar Hohyin. Hier bevinden zich vier verschillende Akha dorpen. Het ene dorp is boeddhistisch, het andere animistisch, weer een ander christelijk en de laatste ‘van alles wat’. Het is ongeveer een uur rijden en dan anderhalf uur wandelen naar het eerste dorp. Vervolgens is het steeds een half uurtje wandelen naar het volgende dorpje. Ook deze wandeling begint met een stuk omhoog lopen, deels langs een breder pad waar ook een tuktuk of auto kan rijden, later over een smaller paadje langs de berg. Aangekomen in het eerste dorpje wordt u al opgewacht door de Akha vrouwen. De mensen zijn in alle vier dorpen erg vriendelijk en goed toegankelijk. Het pad is soms redelijk steil maar kon door iedereen zonder hulp worden gelopen. Soms kijkt u wel naar diepe afgronden. Van het ene dorpje naar het volgende gaat u steeds eerst een stukje omlaag en daarna weer omhoog. De dorpjes liggen ieder op de top van een heuveltje. Tussen de dorpjes zijn vrij korte afstanden, varierend van 15 tot 30 minuten lopen. Naar beneden gaat het ook weer gedeeltelijk langs een vrij breed pad (nieuw) en via een shortcut over een smaller paadje in ongeveer anderhalf uur terug naar de auto. NB: De gids is soms gedwongen door de omstandigheden om andere dorpjes te bezoeken en andere wandelingen te maken.

Een korte vlucht brengt u van de heuvels rondom Kengtung naar het Inle Meer in Shan staat. Dit gebied is veel toegankelijker en men is hier ook veel meer gewend aan buitenlanders. Niettemin blijft het een prachtig gebied. Vanaf de luchthaven bij Heho is het een uur rijden naar Nyaungshwe, gelegen aan het meer. Onderweg maakt u een mooie tocht door het platteland en de heuvels van Shan. Dit is een van de traditionele landbouwgebieden van Myanmar en u ziet dan ook veel rijstvelden, graanvelden en boeren met ossenkarren langs de kant van de weg. Nyaungshwe is een relaxt plaatsje en uitvalsbasis om de omgeving te verkennen. U kunt struinen over de markt, over het platteland fietsen en natuurlijk boottochtjes maken over het meer. In het stadje zelf zijn enkele kloosters te bezoeken, een marktje en er zijn veel restaurantjes en winkeltjes.

Een vrije dag om van het schitterende meer te genieten. We raden u zeker aan om de dagexcursie te boeken, waarbij u de hele dag met een boot het meer, de dorpjes, kloosters en drijvende markten verkent. In de plaatsen rondom het meer vinden ook grote roulerende markten plaats, mocht een van de marktdagen plaatsvinden als u er bent, kun u proberen zo’n markt, waar vele bergvolkeren op afkomen, te bezoeken.

Via Pindaya reist u in enkele uren naar Kalaw. In Pindaya kunt u de mooie Pindaya grotten met hun duizenden boeddha's bezoeken. Kalaw is ooit gesticht als Brits hillstation en ligt op ongeveer 1300 meter. Het is een leuk stadje en uiteraard is ook hier een bezoek aan de markt de moeite waard. Ook in Kalaw vind je nog veel Brits-koloniale huizen. Daarnaast heeft Kalaw ook een grote Indische gemeenschap en vindt u er hindoeïstische en zelfs een Sikh tempel. Er is een kleine, levendige markt, die eens in de 5 dagen tot leven komt als de roulerende markt Kalaw aandoet. Dan komen er veel Palaung en Pa’ o volkeren naar Kalaw.

Een vrije dag in Kalaw. De frisse heuvelachtige omgeving van Kalaw nodigt uit tot het maken van wandelingen. U kunt een korte wandeling rondom Kalaw maken, maar ook kiezen voor onze wandelexcursie van een uur of zes. Daarbij bezoekt u enkele dorpjes van de Pa'o en Palaung bevolking.

U reist naar de luchthaven van Heho en daarvandaan vliegt u naar het wereldberoemde Bagan. Bagan is ongetwijfeld de beroemdste attractie van Birma en dat is terecht; het is een van de mooiste tempelcomplexen ter wereld. Aan de Irrawaddy Rivier vind u op een gebied van 40 vierkante kilometer een eindeloze hoeveelheid tempels, pagodes en kloosters, gebouwd tussen de 11e en de 13e eeuw. Het is een betoverende ervaring om een van de tempels te beklimmen tijdens zonsopkomst of zonsondergang en uit te kijken over het landschap. Zo ver uw blik reikt, ziet u tempels verspreid over de vlakte, waar boeren met hun kuddes tussendoor struinen.

Een vrije dag in Bagan. Bagan is het beste te verkennen per fiets of paardenkar. Wegens de uitgestrektheid van het gebied zult u wel moeten kiezen welke tempels u wilt bezoeken. Let op dat u ook deze tempels - zoals alle tempels in Birma - alleen met blote voeten mag betreden. In de warme periodes kan dit betekenen dat de stenen vloeren gloeiend heet zijn door de zon. Het loont dan om vroeg op de dag of aan het eind van de middag de tempels te bezoeken.We raden u aan om de eerste dag een excursie te boeken langs de bekendste tempels, de tweede dag kunt u het complex verder op eigen gelegenheid verkennen. Let wel: het is niet meer toegestaan om de zonsondergang vanaf de tempels te bekijken. 

Van een van de meest bekende plaatsen in Birma, vertrekt u vandaag naar een van de meest geïsoleerde plekken; de Chin staat. Het is een lange dag rijden per jeep, waarin het soms  hobbelen is. Ook deze grensregio met India en Bangladesh was decennia lang verboden gebied voor buitenlanders en is nog steeds alleen toegankelijk met de juiste permits. Het is een uur of zes rijden over redelijke wegen naar het kleine plaatsje Kanpetlet, gelegen in de heuvels van Chin. Aanvankelijk rijdt u door een droog landschap, maar gedurende de rit wordt de omgeving steeds groener en heuvelachtiger. U steekt de nieuwe brug over de Irrawaddy over en rijdt via Chauk naar Kanpetlet. Onderweg stopt u enkele keren. De Chin-stam heet ook wel Zomi en woont niet alleen in Myanmar, maar ook in de Indiase deelstaat Mizoram. De stam is vooral bekend om de vrouwen met getatoeëerde gezichten. Volgens de legende is dit gebruik ontstaan om de Chin vrouwen minder aantrekkelijk te maken voor Birmese mannen, bij wie ze erg populair waren. Bijkomend voordeel was dat de Chin mannen op deze manier hun eigen vrouwen makkelijk konden herkennen en terugveroveren. Deze legende komt overigens bij meer stammen voor, zoals bij de Apatani-stam in Arunachal Pradesh (India), waar tatoeages ook gebruikelijk zijn. De Chin-meisjes werden al in hun pubertijd getatoeëerd; een pijnlijk proces waarvoor de doornen van de plaatselijke citroenbomen werden gebruikt. Tegenwoordig heeft de Birmese overheid het tatoeëren van de vrouwen verboden en u zult dan ook voornamelijk de oudere generatie met tatoeages zien. De vrouwen die u al wandelend door Kanpetlet zult zien, hebben allemaal min of meer hetzelfde patroon op hun gezicht, zij behoren toe aan de Moun-clan; één van de drie subclans in deze regio. Andere clans zijn de Dai en de Makan. De vrouwen rondom Mrauk U hebben tatoeages die nog het meest lijken op een soort spinnenwebben. NB: Afhankelijk van de conditie van de wegen (vooral tussen tussen Kanpetlet en Mindat) kan de route afwijken van de hierboven gegeven beschrijving.

Vandaag bezoekt u enkele dorpjes van de Chin in de nabije omgeving. U zult rondom de dorpen veel grafstenen zien liggen; de Chin begraven hun doden onder opgestapelde stenen, die nog het beste te vergelijken zijn met onze Hunnenbedden maar dan kleiner. Op de lokale Lunn Yu festivals dragen de bewoners zware keien vanuit de rivier omhoog naar het dorp en wordt er alvast een graf klaargezet voor het geval er later iemand komt te overlijden. Het graf is er dus eerder dan de overledene. Eerst wandelt u vlakbij Kanpetlet door een dorpje van de Dai clan waar met name de oudere vrouwen nog een getatoeëerd gezicht hebben. Sommigen vrouwen dragen nog de traditionele kleding. De mensen hier laten zich graag fotograferen. We blijven wat langer in dit dorpje zodat u rustig met de mensen in contact kunt komen. Vervolgens bezoekt u nog een tweetal Chin dorpen. In een ervan bespelen de vrouwen de zogenaamde neusfluit en met een beetje geluk ziet u dat ook. Men neme een dwarsfluit en blaast met de neus en er komt warempel nog geluid uit ook. Het zijn vandaag eenvoudige wandelingen maar houd er rekening mee dat het hoogteverschil rond de 150 m bedraagt.

Onderweg naar Mindat passeert u nog meer dorpjes. Halverwege stapt u uit om een eind verder te wandelen. Het is een mooie, maar pittige wandeling van zo’n vier uur. U begint met een afdaling beneden richting de rivier, zo’n driehonderd meter dalen. De afdaling is op plaatsen behoorlijk steil en losse steentjes maken het hier en daar glad. In natte perioden is het extra oppassen geblazen. Een uur later staat u beneden in het dal met als enige doel om aan de andere kant weer omhoog te klimmen. Het bruggetje over de rivier wordt soms weggeslagen door het water en in dat geval moeten we over een paar stenen en balken de rivier over. Aan de andere kant loopt u eerst een stukje omhoog (ca 50 m stijging) en komt door het dorpje Kyar Hto, een van de grotere Chin dorpen. De vrouwen roken stug hun pijp en kijken u verbaasd aan. Misschien loopt u de sjamaan nog tegen het lijf en hoort u over zijn belangrijke rol in de Chin gemeenschap. Midden in het dorp ziet u een verzameling bewerkte houten palen; dit zijn de palen die aangeven hoeveel mithuns er geslacht zijn. Tijdens elk Lunn Yu festival, die vooral in het voorjaar plaatsvinden, worden er tal van mithuns op traditionele wijze geslacht, dat wil zeggen: door de sjamaan neergeschoten met pijl en boog. Daarna wordt er gebruikelijk flink gefeest, gegeten, gedanst en gezongen. Na een tijdje in het dorp doorgebracht te hebben, wandelt u weer verder. Na twee uur verder afdalen bereikt u de hoofdweg (nog steeds een zandpad), waar de jeep wacht om u verder te brengen naar Mindat, een klein stadje, gelegen op een bergkam met aan alle kanten uitzicht over de groene heuvels. In de verte ziet u de piek van Mt. Victoria, met ruim drieduizend meter de hoogste berg in het gebied. U bezoekt onder meer zeer uitbundig uitgedoste vrouwen van de Makan-clan. De Makan-vrouwen tatoeëren hun gezicht echt helemaal. Deze vrouw heeft daarbij ook nog eens gigantische oorbellen in haar oorlellen zitten; zijn kleurrijke schotels die behoorlijk zwaar zijn.

U brengt vandaag eerst nog een bezoekje aan het Mountain Top klooster. U ziet dit klooster vanuit Mindat al prachtig op de heuvel liggen. Daarna rijdt u via een andere weg terug van Mindat naar Bagan. Een pittige reisdag, maar uiteraard maakt u enkele korte stops om de benen te strekken. Tegen het eind van de dag bent u terug in Bagan.

De hele dag heeft u om de tempels van Bagan te bewonderen, voordat u eind van de dag naar de Birmese hoofdstad vliegt (afhankelijk van de vluchtschema). Bezoek nog een van de pagodes, struin over de altijd kleurrijke Bogyoke Aung San markt of neem een cocktail in de bar van het Strand hotel.

U wordt naar de luchthaven gebracht voor uw vlucht terug naar huis.